Informatie over het woord toppen (Nederlands → Esperanto: sensuprigi)

Synoniemen: afknotten, knotten

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈtɔpə(n)/
Afbrekingtop·pen

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) top(ik) topte
(jij) topt(jij) topte
(hij) topt(hij) topte
(wij) toppen(wij) topten
(jullie) toppen(jullie) topten
(gij) topt(gij) toptet
(zij) toppen(zij) topten
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) toppe(dat ik) topte
(dat jij) toppe(dat jij) topte
(dat hij) toppe(dat hij) topte
(dat wij) toppen(dat wij) topten
(dat jullie) toppen(dat jullie) topten
(dat gij) toppet(dat gij) toptet
(dat zij) toppen(dat zij) topten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
toptopt
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
toppend, toppende(hebben) getopt

Voorbeelden van gebruik

Immer waakzaam voor de gevaarlijke boombewoners van Kelewan klom Puc verder en kwam bij de plek waar de boom het beste getopt kon worden.

Vertalingen

Duitskappen
Engelstop
Esperantosensuprigi
Saterfrieskapje; kopje