Informatie over het woord voorverhitten (Nederlands → Esperanto: antaŭvarmegigi)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ˈvoːrvərɦɪtə(n)/
Afbrekingvoor·ver·hit·ten

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) verhit voor(ik) verhitte voor
(jij) verhit voor(jij) verhitte voor
(hij) verhit voor(hij) verhitte voor
(wij) verhitten voor(wij) verhitten voor
(jullie) verhitten voor(jullie) verhitten voor
(gij) verhit voor(gij) verhittet voor
(zij) verhitten voor(zij) verhitten voor
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) voorverhitte(dat ik) voorverhitte
(dat jij) voorverhitte(dat jij) voorverhitte
(dat hij) voorverhitte(dat hij) voorverhitte
(dat wij) voorverhitten(dat wij) voorverhitten
(dat jullie) voorverhitten(dat jullie) voorverhitten
(dat gij) voorverhittet(dat gij) voorverhittet
(dat zij) voorverhitten(dat zij) voorverhitten
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
verhit voorverhit voor
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
voorverhittend, voorverhittende(hebben) voorverhit

Vertalingen

Afrikaansvoorverhit
Engelspre‐heat
Esperantoantaŭvarmegigi