Synoniemen: aan de grond lopen, stranden
Vervoeging
Aantonende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(ik) loop vast | (ik) liep vast |
(jij) loopt vast | (jij) liep vast |
(hij) loopt vast | (hij) liep vast |
(wij) lopen vast | (wij) liepen vast |
(jullie) lopen vast | (jullie) liepen vast |
(gij) loopt vast | (gij) liept vast |
(zij) lopen vast | (zij) liepen vast |
Aanvoegende wijs |
---|
Tegenwoordige tijd | Verleden tijd |
---|
(dat ik) vastlope | (dat ik) vastliepe |
(dat jij) vastlope | (dat jij) vastliepe |
(dat hij) vastlope | (dat hij) vastliepe |
(dat wij) vastlopen | (dat wij) vastliepen |
(dat jullie) vastlopen | (dat jullie) vastliepen |
(dat gij) vastlopet | (dat gij) vastliepet |
(dat zij) vastlopen | (dat zij) vastliepen |
Deelwoorden |
---|
Tegenwoordig deelwoord | Verleden deelwoord |
---|
vastlopend, vastlopende | (zijn) vastgelopen |