Informatie over het woord tantaliseren (Nederlands → Esperanto: tantaligi)

Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) tantaliseer(ik) tantaliseerde
(jij) tantaliseert(jij) tantaliseerde
(hij) tantaliseert(hij) tantaliseerde
(wij) tantaliseren(wij) tantaliseerden
(jullie) tantaliseren(jullie) tantaliseerden
(gij) tantaliseert(gij) tantaliseerdet
(zij) tantaliseren(zij) tantaliseerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) tantalisere(dat ik) tantaliseerde
(dat jij) tantalisere(dat jij) tantaliseerde
(dat hij) tantalisere(dat hij) tantaliseerde
(dat wij) tantaliseren(dat wij) tantaliseerden
(dat jullie) tantaliseren(dat jullie) tantaliseerden
(dat gij) tantaliseret(dat gij) tantaliseerdet
(dat zij) tantaliseren(dat zij) tantaliseerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
tantaliseertantaliseert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
tantaliserend, tantaliserende(hebben) getantaliseerd

Vertalingen

Engelstantalize
Esperantotantaligi; tantalizi
Spaanstantalizar