Informatie over het woord discrimineren (Nederlands → Esperanto: diskriminacii)

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/dɪskrimiˈnerə(n)/
Afbrekingdis·cri·mi·ne·ren

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ik) discrimineer(ik) discrimineerde
(jij) discrimineert(jij) discrimineerde
(hij) discrimineert(hij) discrimineerde
(wij) discrimineren(wij) discrimineerden
(jullie) discrimineren(jullie) discrimineerden
(gij) discrimineert(gij) discrimineerdet
(zij) discrimineren(zij) discrimineerden
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(dat ik) discriminere(dat ik) discrimineerde
(dat jij) discriminere(dat jij) discrimineerde
(dat hij) discriminere(dat hij) discrimineerde
(dat wij) discrimineren(dat wij) discrimineerden
(dat jullie) discrimineren(dat jullie) discrimineerden
(dat gij) discrimineret(dat gij) discrimineerdet
(dat zij) discrimineren(dat zij) discrimineerden
Gebiedende wijs
Enkelvoud/MeervoudMeervoud
discrimineerdiscrimineert
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
discriminerend, discriminerende(hebben) gediscrimineerd

Vertalingen

Deensdiskriminere
Duitsdiskriminieren
Engelsdiscriminate
Esperantodiskriminacii
Nederduitsdiskrimineren
Papiamentsdeskriminá
Westerlauwers Friesdiskriminearje