Informatie over het woord dikkerd (Nederlands → Esperanto: dikulo)

Synoniemen: dikke, dikzak, vetzak

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈdɪkərt/
Afbrekingdik·kerd
Meervouddikkerds

Voorbeelden van gebruik

De dikkerd haalde een zakdoek uit zijn zak, wond die snel om de knokkels van de rechterhand, en bleef even zo staan.
Europeanen kijken met afschuw naar de vele dikkerds in de VS, maar Europa gaat in rap tempo dezelfde kant op.

Vertalingen

DuitsDicker
Engelsfatty
Esperantodikulo
Portugeespessoa grossa