Informatie over het woord pizza (Nederlands → Esperanto: pico)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈpitsa/
Afbrekingpiz·za
Meervoudpizza’s

Voorbeelden van gebruik

Hij heeft een hekel aan opgewarmde pizza’s, maar als je een paar flesjes bier meeneemt, zal hij dat zeker op prijs stellen.

Vertalingen

Engelspizza
Esperantopico
Finspizza
Thaisพิซซา; พิซซ่า