Informatie over het woord wanbof (Nederlands → Esperanto: malbonŝanco)

Synoniemen: ongelukje, pech, tegenvaller, makke

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈʋɑmbof/
Afbrekingwan·bof

Voorbeelden van gebruik

Dit is een zaak van het grootste gewicht, en men dient Rhialto’s wanbof niet lichtvaardig op te vatten!
Dat was gewoon een wanbof.

Vertalingen

Engelsbad luck
Esperantomalbonŝanco; peĉo
Papiamentsmalora
Portugeesazar; caiporismo; urucubaca
Spaansmala suerte
Zweedsotur