Informatie over het woord kariboe (Nederlands → Esperanto: karibuo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/ˈkaːribu/
Afbrekingka·ri·boe
Geslachtmanlijk
Meervoudkariboes

Voorbeelden van gebruik

De elanden en de kariboes waren niet achtervolgd door den mens.

Vertalingen

DuitsKaribu; kanadisches Ren
Engelscaribou
Esperantokaribuo; kanada boaco