Ynformaasje oer it wurd gebruik (Nederlânsk → Esperanto: uzo)

Synonimen: emplooi, genot, inzet

Foarbylden fan gebrûk

„O,” zei Hugo, „een dergelijk merkwaardig gebruik van het woord ‚veilig’ is helemaal nieuw voor me.”

Na het gebruik dat ik er zojuist van gemaakt had, besefte ik dat ik er heel wat meer mee kon doen dan het weer beheersen.

Afrikaansk	gebruik
Deensk	brug
Dútsk	Benutzung; Gebrauch
Esperanto	uzo
Frânsk	recours
Frysk	gebrûk
Ingelsk	use
Italjaansk	impiego; uso
Maleisk	guna
Nederdútsk	gebrüük
Papiamintsk	uso; uzo
Portegeesk	emprego; usança; uso
Sealterfrysk	Benutsenge; Gebruuk
Skotsk	uiss
Spaansk	uso
Sweedsk	begagnande; bruk
Tsjechysk	použití; používání; upotřebení; užití; užívání; zvyk