Information about the word juweel (Dutch → Esperanto: juvelo)

Synonyms: bijou, bijouterie, kleinood

Part of speechcommon noun
Pronunciation/jyˈʋel/
Hyphenationju·weel
Genderneuter
Pluraljuwelen

Usage samples

De waarde van de juwelen viel niet zo gemakkelijk te schatten.
Het tweetal zag hoe het juweel onder water verdween en keerde terug naar hun tafeltje.
Van wie zijn deze juwelen?
De Duitse politie heeft een flink deel van de juwelen teruggevonden die in 2019 werden buitgemaakt bij een inbraak in een museum in Dresden.

Translations

Catalanjoia
Danishædelsten
Englishjewel; gem
Esperantojuvelo
Finnishjalokivi
Frenchbijou
GermanJuwel; Kostbarkeit; Kleinod; Schmuckstück
Hungarianékszer
Norwegianjuvel
Papiamentohoya
Polishklejnot
Portuguesejóia
Saterland FrisianEedelsteen; Juwel; Koastboarhaid
Spanishjoya
Sranankarbonkru
Swedishjuvel; ädelsten
West Frisianedelstien; fonkelstien; juwiel