Information about the word bekruipen (Dutch → Esperanto: ŝtelrampi al)

Part of speechverb
Pronunciation/bəˈkrœy̯pə(n)/
Hyphenationbe·krui·pen

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) bekruip(ik) bekroop
(jij) bekruipt(jij) bekroop
(hij) bekruipt(hij) bekroop
(wij) bekruipen(wij) bekropen
(jullie) bekruipen(jullie) bekropen
(gij) bekruipt(gij) bekroopt
(zij) bekruipen(zij) bekropen
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) bekruipe(dat ik) bekrope
(dat jij) bekruipe(dat jij) bekrope
(dat hij) bekruipe(dat hij) bekrope
(dat wij) bekruipen(dat wij) bekropen
(dat jullie) bekruipen(dat jullie) bekropen
(dat gij) bekruipet(dat gij) bekropet
(dat zij) bekruipen(dat zij) bekropen
Imperative mood
Singular/PluralPlural
bekruipbekruipt
Participles
Present participlePast participle
bekruipend, bekruipende(hebben) bekropen

Translations

Englishcome over
Esperantoŝtelrampi al