Information about the word ómzwerven (Dutch → Esperanto: vagadi)

Synonyms: zwalken, zwerven

Part of speechverb
Pronunciation/ˈɔmzʋɛrvə(n)/
Hyphenationom·zwer·ven

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) omzwerf(ik) omzwerfde
(jij) omzwerft(jij) omzwerfde
(hij) omzwerft(hij) omzwerfde
(wij) omzwerven(wij) omzwerfden
(jullie) omzwerven(jullie) omzwerfden
(gij) omzwerft(gij) omzwerfdet
(zij) omzwerven(zij) omzwerfden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) omzwerve(dat ik) omzwerfde
(dat jij) omzwerve(dat jij) omzwerfde
(dat hij) omzwerve(dat hij) omzwerfde
(dat wij) omzwerven(dat wij) omzwerfden
(dat jullie) omzwerven(dat jullie) omzwerfden
(dat gij) omzwervet(dat gij) omzwerfdet
(dat zij) omzwerven(dat zij) omzwerfden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
omzwerfomzwerft
Participles
Present participlePast participle
omzwervend, omzwervende(hebben) omzwerfd