Information about the word ontvangen (Dutch → Esperanto: ricevi)

Synonyms: bekomen, genieten, krijgen, toucheren

Part of speechverb
Pronunciation/ɔntˈfɑŋə(n)/
Hyphenationont·van·gen

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) ontvang(ik) ontving
(jij) ontvangt(jij) ontving
(hij) ontvangt(hij) ontving
(wij) ontvangen(wij) ontvingen
(jullie) ontvangen(jullie) ontvingen
(gij) ontvangt(gij) ontvingt
(zij) ontvangen(zij) ontvingen
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) ontvange(dat ik) ontvinge
(dat jij) ontvange(dat jij) ontvinge
(dat hij) ontvange(dat hij) ontvinge
(dat wij) ontvangen(dat wij) ontvingen
(dat jullie) ontvangen(dat jullie) ontvingen
(dat gij) ontvanget(dat gij) ontvinget
(dat zij) ontvangen(dat zij) ontvingen
Imperative mood
Singular/PluralPlural
ontvangontvangt
Participles
Present participlePast participle
ontvangend, ontvangende(hebben) ontvangen

Usage samples

Deze had nog nooit zo’n telegram ontvangen.
De Britten ontvingen geen versterkingen.
Ge ontvangt nu een brief waarin ge van „geachte” tot „zeer geachte” zijt gestegen.
Drie weken later ontving Toby Halidom een brief.

Translations

Afrikaanskry; ontvang
Catalanobtenir; rebre; tenir
Czechdostat; dostati; obdržet
Danishfå; modtage
Englishreceive
English (Old English)onfon
Esperantoricevi
Faeroesefáa
Finnishsaada
Frenchaccueillir; recevoir
Germanbekommen; empfangen; erhalten
Icelandic
Italianricevere
Low Germankrygen
Luxemburgishempfänken
Malaymenerima; terima; mendapat
Norwegian
Papiamentoakohé; haña; haya
Polishotrzymać
Portuguesehaver; obter; receber
Romanianprimi
Russianполучать; получить
Saterland Frisianämpfange; ärhoolde; behoolde; kriege
Scottish Gaelicfaigh
Spanishobtener; recibir
Sranankisi
Swahili‐pata
Swedishanamma; bekomma; få; undfå
Thaiรับ; เอา
Turkishalmak
Welshcael
West Frisiankrije; ûntfange; geniete