Information about the word teruggooien (Dutch → Esperanto: reĵeti)

Synonyms: terugkaatsen, terugwerpen

Part of speechverb

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) gooi terug(ik) gooide terug
(jij) gooit terug(jij) gooide terug
(hij) gooit terug(hij) gooide terug
(wij) gooien terug(wij) gooiden terug
(jullie) gooien terug(jullie) gooiden terug
(gij) gooit terug(gij) gooidet terug
(zij) gooien terug(zij) gooiden terug
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) teruggooie(dat ik) teruggooide
(dat jij) teruggooie(dat jij) teruggooide
(dat hij) teruggooie(dat hij) teruggooide
(dat wij) teruggooien(dat wij) teruggooiden
(dat jullie) teruggooien(dat jullie) teruggooiden
(dat gij) teruggooiet(dat gij) teruggooidet
(dat zij) teruggooien(dat zij) teruggooiden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
gooi teruggooit terug
Participles
Present participlePast participle
teruggooiend, teruggooiende(hebben) teruggegooid

Translations

Englishthrow back
Esperantoreĵeti
Frenchrenvoyer
Germanzurückwerfen