Information about the word stijven (Dutch → Esperanto: kuraĝigi)

Synonyms: aanmoedigen, bemoedigen, opbeuren

Part of speechverb

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) stijf(ik) stijfde
(jij) stijft(jij) stijfde
(hij) stijft(hij) stijfde
(wij) stijven(wij) stijfden
(jullie) stijven(jullie) stijfden
(gij) stijft(gij) stijfdet
(zij) stijven(zij) stijfden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) stijve(dat ik) stijfde
(dat jij) stijve(dat jij) stijfde
(dat hij) stijve(dat hij) stijfde
(dat wij) stijven(dat wij) stijfden
(dat jullie) stijven(dat jullie) stijfden
(dat gij) stijvet(dat gij) stijfdet
(dat zij) stijven(dat zij) stijfden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
stijfstijft
Participles
Present participlePast participle
stijvend, stijvende(hebben) gestijfd

Translations

Afrikaansaanmoedig
Czechpovzbudit; povzbuzovat
Danishopmuntre
Englishencourage; hearten; embolden
Esperantokuraĝigi
Frenchréconforter
Germanermannen; ermutigen; aufmuntern; Mut machen
Papiamentoapoyá
Portuguesealentar; animar; encorajar
Russianбодрить
Saterland FrisianMoud ounbaale; ounreegje
Spanishalentar; animar
West Frisianoanmoedigje; oantreastgje