Information about the word opgraven (Dutch → Esperanto: elfosi)

Synonyms: delven, opdelven, opduikelen, rooien, uitgraven, winnen, opdiepen

Part of speechverb
Pronunciation/ˈɔpxravə(n)/
Hyphenationop·gra·ven

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) graaf op(ik) groef op
(jij) graaft op(jij) groef op
(hij) graaft op(hij) groef op
(wij) graven op(wij) groeven op
(jullie) graven op(jullie) groeven op
(gij) graaft op(gij) groeft op
(zij) graven op(zij) groeven op
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) opgrave(dat ik) opgroeve
(dat jij) opgrave(dat jij) opgroeve
(dat hij) opgrave(dat hij) opgroeve
(dat wij) opgraven(dat wij) opgroeven
(dat jullie) opgraven(dat jullie) opgroeven
(dat gij) opgravet(dat gij) opgroevet
(dat zij) opgraven(dat zij) opgroeven
Imperative mood
Singular/PluralPlural
graaf opgraaft op
Participles
Present participlePast participle
opgravend, opgravende(hebben) opgegraven

Translations

Englishdig up; excavate; grub; exhume
Esperantoelfosi
Frenchabattre
Germanausgraben; herausgraben
Low Germanupgraven
Luxemburgishausgruewen