Information about the word flauw (Dutch → Esperanto: sensprita)

Synonyms: verwezen, zouteloos

Part of speechadjective
Pronunciation/flɑu̯̯/
Hyphenationflauw

Degrees of comparison

Positiveflauw
Comparativeflauwer
Superlativeflauwst

Declension

 PositiveComparativeSuperlative
Predicativeflauwflauwer(het) flauwst, (het) flauwste
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralflauweflauwereflauwste
Indefinite singularflauwflauwerflauwst
Pluralflauweflauwereflauwste
Definiteflauweflauwereflauwste
Partitiveflauwsflauwers 

Usage samples

Weinig opgemonterd door dat vooruitzicht liet Puc een flauw glimlachje zien.

Translations

Catalanbanal; estòlid; fat; insuls
Englishdispirited
Esperantosensprita
Spanishñono; soso