Information about the word maximaliseren (Dutch → Esperanto: maksimumigi)

Part of speechverb
Pronunciation/mɑksimaliˈzerə(n)/
Hyphenationmaxi·ma·li·se·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) maximaliseer(ik) maximaliseerde
(jij) maximaliseert(jij) maximaliseerde
(hij) maximaliseert(hij) maximaliseerde
(wij) maximaliseren(wij) maximaliseerden
(jullie) maximaliseren(jullie) maximaliseerden
(gij) maximaliseert(gij) maximaliseerdet
(zij) maximaliseren(zij) maximaliseerden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) maximalisere(dat ik) maximaliseerde
(dat jij) maximalisere(dat jij) maximaliseerde
(dat hij) maximalisere(dat hij) maximaliseerde
(dat wij) maximaliseren(dat wij) maximaliseerden
(dat jullie) maximaliseren(dat jullie) maximaliseerden
(dat gij) maximaliseret(dat gij) maximaliseerdet
(dat zij) maximaliseren(dat zij) maximaliseerden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
maximaliseermaximaliseert
Participles
Present participlePast participle
maximaliserend, maximaliserende(hebben) gemaximaliseerd

Translations

Englishmaximize
Esperantomaksimumigi