Information about the word theoretiseren (Dutch → Esperanto: teorii)

Part of speechverb
Pronunciation/tejoretiˈzerə(n)/
Hyphenationthe·o·re·ti·se·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) theoretiseer(ik) theoretiseerde
(jij) theoretiseert(jij) theoretiseerde
(hij) theoretiseert(hij) theoretiseerde
(wij) theoretiseren(wij) theoretiseerden
(jullie) theoretiseren(jullie) theoretiseerden
(gij) theoretiseert(gij) theoretiseerdet
(zij) theoretiseren(zij) theoretiseerden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) theoretisere(dat ik) theoretiseerde
(dat jij) theoretisere(dat jij) theoretiseerde
(dat hij) theoretisere(dat hij) theoretiseerde
(dat wij) theoretiseren(dat wij) theoretiseerden
(dat jullie) theoretiseren(dat jullie) theoretiseerden
(dat gij) theoretiseret(dat gij) theoretiseerdet
(dat zij) theoretiseren(dat zij) theoretiseerden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
theoretiseertheoretiseert
Participles
Present participlePast participle
theoretiserend, theoretiserende(hebben) getheoretiseerd

Usage samples

’t Heeft geen zin daarover te theoretiseren.

Translations

Englishtheorize
Esperantoteorii
Greekκάνω θεωρίες
Portugueseteorizar