Information about the word dooien (Dutch → Esperanto: degeli)

Synonyms: ontdooien, wegsmelten

Part of speechverb
Pronunciation/ˈdoːjə(n)/
Hyphenationdooi·en

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(het) dooit(het) dooide
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat het) dooie(dat het) dooide
Past participle
(heeft) gedooid

Usage samples

In de nacht van zaterdag op zondag gaat het dooien door een westenwind, waardoor de sneeuw vooral in het westen niet lang blijft liggen.

Translations

Catalandesgelar; desglaçar
Czechroztát; tát
Englishthaw
Esperantodegeli
Faeroesetiðna; toya
Frenchdégeler; fondre
Germantauen; auftauen
Italiansgelare
Portuguesedegelar; derreter‐se
Romaniandezgheța; topi
Saterland Frisianapdaie; apdauje; apwookje; daie; wookje
Spanishdeshelarse
West Frisianteie