Information about the word bijblijven (Dutch → Esperanto: resti en la memoro)

Part of speechverb
Pronunciation/ˈbɛi̯blɛi̯və(n)/
Hyphenationbij·blij·ven

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(hij) blijft bij(hij) bleef bij
(zij) blijven bij(zij) bleven bij
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat hij) bijblijve(dat hij) bijbleve
(dat zij) bijblijven(dat zij) bijbleven
Participles
Present participlePast participle
bijblijvend, bijblijvende(zijn) bijgebleven

Translations

Englishremain in one’s memory; stick in one’s memory
Esperantoresti en la memoro