Information about the word cyclostyleren (Dutch → Esperanto: ciklostili)

Part of speechverb
Pronunciation/siklostiˈlerə(n)/
Hyphenationcy·clo·sty·le·ren

Conjugation

Indicative mood
Present tensePast tense
(ik) cyclostyleer(ik) cyclostyleerde
(jij) cyclostyleert(jij) cyclostyleerde
(hij) cyclostyleert(hij) cyclostyleerde
(wij) cyclostyleren(wij) cyclostyleerden
(jullie) cyclostyleren(jullie) cyclostyleerden
(gij) cyclostyleert(gij) cyclostyleerdet
(zij) cyclostyleren(zij) cyclostyleerden
Subjunctive mood
Present tensePast tense
(dat ik) cyclostylere(dat ik) cyclostyleerde
(dat jij) cyclostylere(dat jij) cyclostyleerde
(dat hij) cyclostylere(dat hij) cyclostyleerde
(dat wij) cyclostyleren(dat wij) cyclostyleerden
(dat jullie) cyclostyleren(dat jullie) cyclostyleerden
(dat gij) cyclostyleret(dat gij) cyclostyleerdet
(dat zij) cyclostyleren(dat zij) cyclostyleerden
Imperative mood
Singular/PluralPlural
cyclostyleercyclostyleert
Participles
Present participlePast participle
cyclostylerend, cyclostylerende() gecyclostyleerd

Translations

Englishcyclostyle
Esperantociklostili
Germandurch Cyclostil verfielfältigen
Portuguesemimeografar