Information about the word praalziek (Dutch → Esperanto: paradema)

Synonyms: pronkerig, pronkziek, flamboyant, pronkzuchtig

Part of speechadjective
Pronunciation/ˈpralzik/
Hyphenationpraal·ziek

Degrees of comparison

Positivepraalziek
Comparativepraalzieker
Superlativepraalziekst

Declension

 PositiveComparativeSuperlative
Predicativepraalziekpraalzieker(het) praalziekst, (het) praalziekste
AttributiveIndefiniteMasculine and feminine pluralpraalziekepraalziekerepraalziekste
Indefinite singularpraalziekpraalziekerpraalziekst
Pluralpraalziekepraalziekerepraalziekste
Definitepraalziekepraalziekerepraalziekste
Partitivepraalziekspraalziekers 

Translations

Englishshowy; flamboyant
Esperantoparadema