Information über das Wort moe (Niederländisch → Esperanto: laca)

Synonyme: mat, moede, vermoeid

WortartAdjektief
Aussprache/mu/
Trennungmoe

Komparation

Positivemoe
Komparativmoeier
Superlativmeest moe

Deklination

 PositiveKomparativSuperlativ
Predikativmoemoeier(het) meest moe, (het) meest moee
AttributivUnbestimmtMännlicher und weiblicher Mehrzahlmoeiemoeieremeest moeie
Sächlicher Einzahlmoemoeiermeest moe
Mehrzahlmoeiemoeieremeest moeie
Bestimmtmoeiemoeieremeest moeie
Partitivmoesmoeiers 

Gebrauchsbeispiele

Maar ik was moe en ik had niet veel gegeten.
Na de koffie zei Paul dat hij moe was en naar huis ging.
Niemand was moe.
Jullie zijn toch nog niet moe?
Hij was koud en moe geworden.
Op een dag had hij een lange wandeling langs de dokken gemaakt en hij was een beetje moe geworden.
Ze liepen de stad verder in en Tom Poes was zo moe dat hij verder maar zweeg, hoewel hij er het zijne van dacht.

Übersetzungen

Afrikaansmoeg
Albanischlodhur
Dänischtræt
Deutschmatt; müde
Englischtired; weary; fatigued
Esperantolaca
Färöerischgivin; móður
Finnischväsynyt
Französischfatigué; las
Hawaiischluhi; māluhiluhi
Italienischstanco
Jiddischמיד
Katalanischcansat
Lateinfessus; lassus
Luxemburgischmidd
Malaiischlelah
Norwegischtrøtt
Papiamentokansá; molestiá; morchá
Polnischzmęczony
Portugiesischcansado; fatigado
Rumänischobosit
Saterfriesischflau; flaumoudich; gammelich; labberch; lak; loom; ludderch; sluf; sluurich; wuurich
Schottisch Gälischsgìth
Schwedischtrött
Spanischcansado
Sranansonyo; weri
Thaiเหนื่อย
Tschechischunavený; vyčerpaný
Ungarischfáradt
Westfriesischynein; wurch