Information über das Wort karavaan (Niederländisch → Esperanto: karavano)

WortartSubstantiv
Aussprache/karaˈvan/
Trennungka·ra·vaan
Geschlechthistorisch weiblich, heutzutage auch männlich
Mehrzahlkaravanen

Gebrauchsbeispiele

Zijn aandacht werd getrokken door een heftige woordenwisseling vlak bij Varmous’ karavaan.
Dat wisten de mannen van de karavaan niet.
De karavaan arriveerde die avond niet.
Denk je niet dat het veiliger zou zijn om met een karavaan te reizen?

Übersetzungen

DeutschKarawane; Reisegruppe; Reisegesellschaft
Englischcaravan
Esperantokaravano
Färöerischfelags‐; ferðamannafylgi
Katalanischcaravana
Papiamentokaravana
Portugiesischcaravana
SaterfriesischKarawane
Schwedischkaravan
Spanischcaravana
Tschechischkaravana