Information über das Wort biet (Niederländisch → Esperanto: beto)

Synonyme: beet, beetwortel, mangelwortel, pee

WortartSubstantiv
Aussprache/bit/
Trennungbiet
Geschlechthistorisch weiblich, heutzutage auch männlich
Mehrzahlbieten

Gebrauchsbeispiele

Als er aan het begin van oktober nog bieten in de tuin staan, wordt het de hoogste tijd om ze te oogsten.

Übersetzungen

Dänischbede
DeutschMangold; Bete; Rübe
Englischbeet
Englisch (Altenglisch)bete
Esperantobeto
Finnischjuurikas
Französischbetterave; bette
Isländischbeð; reitur
Italienischbarbabietola
Jiddischבאָרקע
Katalanischremolatxa; bleda‐rave
Lateinbeta
LuxemburgischRommel
Norwegischbete
Polnischburak
Portugiesischbeterraba
Russischсвекловица; свёкла
SaterfriesischRäiwe; Runkel
Schwedischbeta
Spanischremolacha
Walisischbetys
Westfriesischbyt