Information über das Wort dichtgooien (Niederländisch → Esperanto: ĵetfermi)

Synonyme: dichtwerpen, toegooien

WortartVerb
Aussprache/ˈdɪ(xt)xoːjə(n)/
Trennungdicht·gooi·en

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) gooi dicht(ik) gooide dicht
(jij) gooit dicht(jij) gooide dicht
(hij) gooit dicht(hij) gooide dicht
(wij) gooien dicht(wij) gooiden dicht
(jullie) gooien dicht(jullie) gooiden dicht
(gij) gooit dicht(gij) gooidet dicht
(zij) gooien dicht(zij) gooiden dicht
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) dichtgooie(dat ik) dichtgooide
(dat jij) dichtgooie(dat jij) dichtgooide
(dat hij) dichtgooie(dat hij) dichtgooide
(dat wij) dichtgooien(dat wij) dichtgooiden
(dat jullie) dichtgooien(dat jullie) dichtgooiden
(dat gij) dichtgooiet(dat gij) dichtgooidet
(dat zij) dichtgooien(dat zij) dichtgooiden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
gooi dichtgooit dicht
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
dichtgooiend, dichtgooiende(hebben) dichtgegooid

Übersetzungen

Deutschzuschmeißen; zuknallen
Englischslam
Esperantoĵetfermi