Information über das Wort toesturen (Niederländisch → Esperanto: alsendi)

Synonyme: inzenden, toezenden

WortartVerb
Aussprache/ˈtustyːrə(n)/
Trennungtoe·stu·ren

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) stuur toe(ik) stuurde toe
(jij) stuurt toe(jij) stuurde toe
(hij) stuurt toe(hij) stuurde toe
(wij) sturen toe(wij) stuurden toe
(jullie) sturen toe(jullie) stuurden toe
(gij) stuurt toe(gij) stuurdet toe
(zij) sturen toe(zij) stuurden toe
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) toesture(dat ik) toestuurde
(dat jij) toesture(dat jij) toestuurde
(dat hij) toesture(dat hij) toestuurde
(dat wij) toesturen(dat wij) toestuurden
(dat jullie) toesturen(dat jullie) toestuurden
(dat gij) toesturet(dat gij) toestuurdet
(dat zij) toesturen(dat zij) toestuurden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
stuur toestuurt toe
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
toesturend, toesturende(hebben) toegestuurd

Gebrauchsbeispiele

U moet uw bezwaar binnen de wettelijke termijn naar ons toesturen.

Übersetzungen

Deutschzuweisen
Esperantoalsendi