Information über das Wort weerstreven (Niederländisch → Esperanto: kontraŭi)

Synonyme: belemmeren, dwarsbomen, dwarsliggen, tegenwerken

WortartVerb
Aussprache/ʋeːrːstrevə(n)/
Trennungweer·stre·ven

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) weerstreef(ik) weerstreefde
(jij) weerstreeft(jij) weerstreefde
(hij) weerstreeft(hij) weerstreefde
(wij) weerstreven(wij) weerstreefden
(jullie) weerstreven(jullie) weerstreefden
(gij) weerstreeft(gij) weerstreefdet
(zij) weerstreven(zij) weerstreefden
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) weerstreve(dat ik) weerstreefde
(dat jij) weerstreve(dat jij) weerstreefde
(dat hij) weerstreve(dat hij) weerstreefde
(dat wij) weerstreven(dat wij) weerstreefden
(dat jullie) weerstreven(dat jullie) weerstreefden
(dat gij) weerstrevet(dat gij) weerstreefdet
(dat zij) weerstreven(dat zij) weerstreefden
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
weerstreefweerstreeft
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
weerstrevend, weerstrevende(hebben) weerstreefd

Gebrauchsbeispiele

Niemand kan hen weerstreven!

Übersetzungen

Albanischkundërshtoj
Dänischbrokke
Deutschgegen sein; dagegen sein; entgegenstehen
Englischoppose; object; be opposed; be opposed to; go against; impede; rock the boat
Esperantokontraŭi
Französischrouspéter; se mettre en tranvers
Portugiesischcontrariar; impedir; opor‐se
Rumänischîmpotrivi; opune
Westfriesischdwerslizze