Information über das Wort toegeven (Niederländisch → Esperanto: koncedi)

WortartVerb
Aussprache/ˈtuɣevə(n)/
Trennungtoe·ge·ven

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) geef toe(ik) gaf toe
(jij) geeft toe(jij) gaf toe
(hij) geeft toe(hij) gaf toe
(wij) geven toe(wij) gaven toe
(jullie) geven toe(jullie) gaven toe
(gij) geeft toe(gij) gaaft toe
(zij) geven toe(zij) gaven toe
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) toegeve(dat ik) toegave
(dat jij) toegeve(dat jij) toegave
(dat hij) toegeve(dat hij) toegave
(dat wij) toegeven(dat wij) toegaven
(dat jullie) toegeven(dat jullie) toegaven
(dat gij) toegevet(dat gij) toegavet
(dat zij) toegeven(dat zij) toegaven
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
geef toegeeft toe
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
toegevend, toegevende(hebben) toegegeven

Übersetzungen

Dänischindrømme
Deutschkonzedieren; zugestehen; bewilligen; einräumen
Englischadmit; concede; grant
Esperantokoncedi
Färöerischjátta; loyva
Isländischviðurkenna
Norwegischinnrømme
Schwedischmedge
Thaiยอม
Ungarischmegadni