Information über das Wort kort (Niederländisch → Esperanto: mallonga)

Synonyme: kortstondig, kortlopend

WortartAdjektief
Aussprache/kɔrt/
Trennungkort

Komparation

Positivekort
Komparativkorter
Superlativkortst

Deklination

 PositiveKomparativSuperlativ
Predikativkortkorter(het) kortst, (het) kortste
AttributivUnbestimmtMännlicher und weiblicher Mehrzahlkortekorterekortste
Sächlicher Einzahlkortkorterkortst
Mehrzahlkortekorterekortste
Bestimmtkortekorterekortste
Partitivkortskorters 

Gebrauchsbeispiele

Na een naar Pucs mening veel te korte tijd gingen ze weer op pad.
Robert Ervin Howard werd geboren in 1906 en bracht het grootste deel van zijn korte leven door in het stadje Cross Plains, in Texas.

Übersetzungen

Afrikaanskort
Deutschkurz
Englischbrief
Esperantomallonga; mallongedaŭra
Niederdeutschkört
Walisischbyr