Information über das Wort vóórkomen (Niederländisch → Esperanto: aspekti)

Synonyme: eruitzien, eruitzien als, het uiterlijk hebben van, ogen, zien

WortartVerb
Aussprache/ˈvoːrkomə(n)/
Trennungvoor·ko·men

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(het) komt voor(het) kwam voor
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat het) voorkome(dat het) voorkwame
Perfektpartizip
(zijn) voorgekomen

Gebrauchsbeispiele

Het komt me voor dat het pand instort.
Uw prijzen komen me stevig, doch niet buitensporig hoog voor.
Dit kwam hen nu als de meest logische verklaring voor.
Zijn gezicht komt me niet onbekend voor.
Zijn gedrag komt me van begin tot eind uitzonderlijk voor.
In een grote stoel, waarvan de rug naar hem was toegekeerd, zag hij een figuur wiens kleding hem bekend voorkwam.