Informasie oor die woord ongeduld (Nederlands → Esperanto: malpacienco)

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈɔŋɣədɵlt/
Afbrekingon·ge·duld

Voorbeelde van gebruik

Op het ongeduld was echter de woede gevolgd.
Bond deed een poging om niets van zijn ongeduld te laten merken.
Maar ik had niet op het ongeduld van de professor gerekend.
Tegen etenstijd kon Nash amper zijn ongeduld nog langer beheersen.

Vertalinge

Afrikaansongeduld
DuitsUngeduld
Engelsimpatience
Esperantomalpacienco; senpacienco
Poolsniecierpliwość
Sweedsotålighet