Informasie oor die woord druif (Nederlands → Esperanto: vinbero)

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/drœy̯f/
Afbrekingdruif
Meervouddruiven

Voorbeelde van gebruik

Als hij je een druif aanbiedt, neem dan niet ook het steeltje.
Toen hij de eetzaal verliet, nam hij een tros grote blauwe druiven mee.

Vertalinge

Afrikaansdruif
Deensvindrue
DuitsTraube; Weintraube
Engelsgrape
Engels (Ou Engels)winberge; winberige
Esperantovinbero; traŭbo; uvo
Faroëesrosina
Finsrypäle
Fransraisin
Hongaarsszőlő
Italiaansacino; chicco d’uva; uva
Latynacinus; botrus; botrys
Noorsdrue
Papiamentsdrùif
Portugeesuva
Russiesвиноград
SaterfriesDruuge; Wiendruuge
Spaansuva
Sranandroyfi
Swahilizabibu
Sweedsdruva; vindruva
Thaiองุ่น
Turksüzüm
Wes‐Friesdrúf