Informasie oor die woord bediende (Nederlands → Esperanto: servisto)

Sinonieme: dienaar, dienstknecht, dienstman, knecht, gedienstige

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/bəˈdində/
Afbrekingbe·dien·de
Geslagnatuurlik
Meervoudbedienden, bediendes

Voorbeelde van gebruik

Hij wil het alleen doen, en hij heeft mij weggestuurd alsof ik een bediende was.
Dat was echter te veel voor de trouwe bediende.
Op dat moment werd hij gestoord door een klop op de deur, en de bediende Joost trad binnen.
De bediende wees hen waar het toilet was en waar ze zich konden wassen.

Vertalinge

Afrikaansbediende
Deensknægt; tjener
DuitsBursche; Diener; Gehilfe
Engelsservant; attendant; man‐servant
Engels (Ou Engels)þegen; þegn; þeow; cniht; esne
Esperantoservisto
Faroëeshúskallur; tænari
Fransdomestique; serviteur
Grieksακόλουθος
Italiaansservire
Latynambactus; anculus; calo; cliens; minister; famulus
Maleisjongos; pelayan
Papiamentskriá
Portugeescriado; servente; servidor
SaterfriesBurse; Burske; Knächt; Tjooner
Skots-Gaeliessearbhanta
Spaanscriado; sirviente
Sranandiniman
Swahilimtumishi
Sweedsbetjänt; dräng; tjänare
Tsjeggiessluha
Wes‐Friesbetsjinder; feint
Yslandsþjónn