Informasie oor die woord geloven (Nederlands → Esperanto: opinii)

Sinonieme: achten, dunken, menen, van mening zijn, vinden, de mening toegedaan zijn

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɣəˈlovə(n)/
Afbrekingge·lo·ven

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(ik) geloof(ik) geloofde
(jij) gelooft(jij) geloofde
(hij) gelooft(hij) geloofde
(wij) geloven(wij) geloofden
(jullie) geloven(jullie) geloofden
(gij) gelooft(gij) geloofdet
(zij) geloven(zij) geloofden
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat ik) gelove(dat ik) geloofde
(dat jij) gelove(dat jij) geloofde
(dat hij) gelove(dat hij) geloofde
(dat wij) geloven(dat wij) geloofden
(dat jullie) geloven(dat jullie) geloofden
(dat gij) gelovet(dat gij) geloofdet
(dat zij) geloven(dat zij) geloofden
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
gelovend, gelovende(hebben) geloofd

Voorbeelde van gebruik

Maar je gelooft niet dat hij de dokter vergiftigd heeft, wel?
„Ik geloof het wel,” antwoordde Heurtaux, „en als ik me niet vergis is dit exemplaar een van de grootste die we ooit buitgemaakt hebben.”
Ik geloof dat ik doodga.
Ik geloof dat u het niet goed begrijpt.

Vertalinge

Deensmene; synes
Duitsbedünken; befinden; dafür halten; erachten; meinen
Engelsthink; believe
Esperantoopinii
Finsarvella
Fransêtre d’avis; penser que
Katalaanscreure; opinar
Latynopinari
Nederduitsmeynen; gelöyven
Noorssynes
Papiamentsopiná
Poolsmniemać; śadzieć
Portugeesjulgar; opinar; ser de opinião
Saterfriesbefiende; deerfoar hoolde; meene
Spaansopinar
Sweedsanse; tycka
Tsjeggiesdomnívat se; mínit
Wes‐Friesachtenearje; achtsje; miene; fine
Yslandsmér finnst