Informasie oor die woord enkel (Nederlands → Esperanto: maleolo)

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ˈɛŋkəl/
Afbrekingen·kel
Geslagmanlik
Meervoudenkels

Voorbeelde van gebruik

Hij stond tot aan zijn enkels in het water, en keek Simon bezorgd aan.
Hij greep toe en kreeg Cugels enkel te pakken, maar Cugel rukte zich weer los.
De pijn in zijn benen en enkels verdween.
Ik hoop dat uw enkel gauw weer in orde is.

Vertalinge

Afrikaansenkel
Deensankel
DuitsKnöchel
Engelsankle
Engels (Ou Engels)ancleow
Esperantomaleolo
Faroëesøkil
Franscheville
Grieksαστράγαλος
Hongaarsboka
Italiaanscaviglia
Katalaansmàl·leol; turmell
Noorsankel
Papiamentskokoti di pia; koroshi
Portugeesartelho; maléolo; tornozelo
Roemeensgleznă
SaterfriesOnkel
Skotscuit
Spaanstobillo
Sweedsankel; fotled
Thaiข้อเท้า
Tsjeggieskotník
Turksayak bileği
Wes‐Friesankel
Yslandsökli