Informasie oor die woord façade (Nederlands → Esperanto: fasado)

Sinonieme: gevel, pui, voorgevel, voorpui

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/faˈsadə/
Afbrekingfa·ça·de
Geslagvroulik
Meervoudfaçades, façaden

Voorbeelde van gebruik

Achter die beschermende façade kun je van alles op touw zetten.
De vrome façade van de christelijke cultuur blijkt flinterdun.

Vertalinge

Afrikaansgewel; fasade
Deensfacade
DuitsFassade; Front; Vorderseite; Außenseite; Stirnseite; Schein
Engelsfaçade
Esperantofasado; fruntaĵo
Fransfaçade
Katalaansfaçana; fatxada
Portugeesfachada; frontaria; frontispício; portada
SaterfriesFassade; Foarderfront
Spaansfachada
Sweedsfasad