Informasie oor die woord gelukken (Nederlands → Esperanto: esti sukcesa por)

Sinoniem: lukken

Woordsoortwerkwoord
Uitspraak/ɣəˈlɵkə(n)/
Afbrekingge·luk·ken

Vervoeging

Aantonende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(hij) gelukt(hij) gelukte
(zij) gelukken(zij) gelukten
Aanvoegende wys
Teenwoordige tydVerlede tyd
(dat hij) gelukke(dat hij) gelukte
(dat zij) gelukken(dat zij) gelukten
Deelwoorde
Teenwoordige deelwoordVerlede deelwoord
gelukkend, gelukkende(zijn) gelukt

Voorbeelde van gebruik

Het gelukte mij niet, de bodem was ook hier nog hard.
Hij twijfelde er niet aan dat het hem op de een of andere manier wel zou gelukken.

Vertalinge

Duitsgelingen
Esperantoesti sukcesa por
Nederduitslüken