Informasie oor die woord zoëven (Nederlands → Esperanto: ĵus)

Sinonieme: daareven, daarnet, daarstraks, juist, net, pas, straks, zojuist, zonet, temee, zopas

Woordsoortbywoord
Uitspraak/zoˈevə(n)/
Afbrekingzo·even

Voorbeelde van gebruik

Wat heb ik zoëven gezegd?
Hij had zich zoëven niet vergist.
Hij wees op de plek waar zijn arrestant zich zoëven bevonden had.
Nu, zoals ik zoëven gezegd heb, er was van tijd tot tijd onenigheid over vrouwen.
Zoals ik zoëven al zei, ik vind het bijzonder vermoeiend met buitenlanders te praten.
Deze held heeft zoëven mijn leven gered.

Vertalinge

Afrikaansnou net
Duitseben; gerade; just; soeben
Engelsjust now
Esperantoĵus
Faroëesbeint nú; nýliga
Finsjuuri
Fransà l’instant; justement; tout à l’heure
Katalaanssuara; tot just
Maleistadi
Papiamentshustamente
Poolsdopiero co; przed chwilą
Portugeesagora mesmo; neste instante
Saterfriesjuust ieuwen
Spaansahora mismo; hace un momento; recién
Sweedsjust; nyss
Thaiเมื่อกี้นี้; เพิ่ง; พึ่ง
Wes‐Friesjust; krektsa; niis; niiskrekt; nyskes; strak; sakrekt