Informasie oor die woord heks (Nederlands → Esperanto: sorĉistino)

Sinonieme: kol, tjsoenster, tovenares, toverheks, toverkol

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/ɦɛks/
Afbrekingheks
Geslagvroulik
Meervoudheksen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
heksjeheksjes

Voorbeelde van gebruik

Die priesteressen zijn heksen.
Hij legde uit dat er in het dichtstbijzijnde dorp een heks woonde, maar dat deze Mirandee maanden geleden al was weggegaan.
Misschien had u zonder het te weten een heks in uw midden wonen.
Voor een zecchino zouden zij hun eigen moeder een heks noemen.
Valerius voelde hoe zijn bloed bevroor toen hij naar de naar voren wankelende heks keek.

Vertalinge

Afrikaanstowerheks
Deensheks
DuitsHexe
Engelswitch; sorceress
Engels (Ou Engels)wicce
Esperantosorĉistino
Franssorcière
Grieksμάγισσα
Katalaansbruixa
Latynmaga
Portugeesfeiticeira
Russiesбаба‐яка
SaterfriesHäkse
Sweedshäxa
Turksbüyücü; cadı
Walliesdewines
Wes‐Friesheks; tsjoenster