Informasie oor die woord Parijs (Nederlands → Esperanto: pariza)

Sinoniem: van Parijs

Woordsoortbyvoeglike naamwoord
Uitspraak/paˈrɛi̯s/
AfbrekingPa·rijs

Verbuiging

Predikatief
AttributiefOnbepaaldManlike en vroulike meervoudParijse
Onsydige enkelvoudParijs
MeervoudParijse
BepaaldParijse
PartitiefParijs

Voorbeelde van gebruik

De Parijse politiechef besloot donderdag echter alleen de maximumsnelheid te verlagen.
Bij een brand in de motor van een Airbus A320 op het Parijse vliegveld Orly zijn woensdag zes gewonden gevallen.
De Parijse politie heeft zoiets vaak genoeg bij de hand gehad.

Vertalinge

AfrikaansParys
DuitsPariser
EngelsParisian; Paris
Esperantopariza