Informatie over het woord interpuŝiĝi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingin·ter·puŝ·iĝ·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdinterpuŝiĝas
Verleden tijdinterpuŝiĝis
Toekomende tijdinterpuŝiĝos
 
Voorwaardelijke wijs
interpuŝiĝus
 
Gebiedende wijs
interpuŝiĝu

Actieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdinterpuŝiĝanta
Verleden tijdinterpuŝiĝinta
Toekomende tijdinterpuŝiĝonta

Vertalingen

Engelsscuffle
Nederlandstegen elkaar aan botsen; tegen elkaar opbotsen