Informatie over het woord aŭdi

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingaŭd·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdaŭdas
Verleden tijdaŭdis
Toekomende tijdaŭdos
 
Voorwaardelijke wijs
aŭdus

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdaŭdantaaŭdata
Verleden tijdaŭdintaaŭdita
Toekomende tijdaŭdontaaŭdota

Voorbeelden van gebruik

Sed mi ofte aŭdis vin diri, ke por solvi tian problemon, oni bezonas nur resti en seĝo kaj pensi, ĉu ne?
Tion mi aŭdis.

Vertalingen

Afrikaanshoor
Deenshøre
Duitshören; erfahren
Fransentendre
Jamaicaans Creoolsier
Nederduitshöyren
Nederlandshoren