Informatie over het woord Schneeflocke (Duits → Esperanto: neĝero)
Uitspraak
/ˈʃneːflɔkə/
Woordsoort
zelfstandig naamwoord
Voorbeelden van gebruik
Eine Junibriese ließ die Pappeln vor dem Fenster rascheln und zupfte die baumwollartigen Samenhüllen von dem Zweigen, die wie große Schneeflocken am Fenster vorbeitrieben.