Informatie over het woord Nutzen (Duits → Esperanto: avantaĝo)

Synoniemen: Vorteil, Vorzug, Übergelegenheit

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtmanlijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
NominatiefNutzen
GenitiefNutzens
DatiefNutzen
AccusatiefNutzen

Vertalingen

Afrikaansvoordeel
Catalaansavantatge
Deensfordel
Engelsadvantage; benefit
Engels (Oudengels)þearf
Esperantoavantaĝo
Faeröersfyrimunur
Fransavantage
Hongaarselőny
IJslandskostur
Nederduitsvöärdeyl
Nederlandspre; voordeel
Noorsfordel
Papiamentsbenefishi; benefisio; bentaha
Poolskorzyść; zaleta
Portugeesbenefício; vantagem
Spaansventaja
Swahilifaida
Thaisต่อ
Turksavantaj; yarar
Westerlauwers Friesfoardiel
Zweedsfördel; gagn