Informasie oor die woord umgehen (Duits → Esperanto: fraŭdi)

Sinonieme: betrügen, täuschen, hinterziehen

Uitspraak/ʊmˈɡeːən/
Afbrekingum·ge·hen
Woordsoortwerkwoord

Vertalinge

Engelsdefraud; swindle; bilk
Esperantofraŭdi
Faroëesfalsa; svíkja
Fransfrauder
Nederlandsfrauderen; knoeien; zwendelen; bezwendelen
Portugeesdefraudar
Spaansdefraudar; estafar